De Grens van het Historicisme – Over Popper, Palestina en de Tijd die Sluit

Gepubliceerd op 19 juli 2025 om 13:43

_Vooraf

Dit essay vertrekt vanuit een filosofische bezorgdheid over wat Karl Popper het historicisme noemde — de neiging om de geschiedenis op te vatten als een noodzakelijk proces met wetten die het verloop van de geschiedenis voorspelbaar maken. Deze denkfout is een brede systemische dynamiek die zich in alle ideologieën kan nestelen, zoals in het revisionistisch zionisme en als in het Palestijns verzet onder de vlag van Hamas. In deze tekst wordt geprobeerd om deze gesloten structuren zichtbaar te maken als deel van een epistemologische en ethische valstrik.

 

Tegelijk wil dit essay op geen enkele manier het onvoorstelbare menselijke leed reduceren tot abstractie of analyse. De verwoesting, het verdriet, het verlies van onschuld en het trauma van burgers aan beide zijden zijn werkelijkheden die elke theorievorming overstijgen. We erkennen dat elk menselijk slachtoffer een unieke en onvervangbare wereld vertegenwoordigt. Deze tekst probeert niet boven het conflict te staan, maar te benoemen wat het conflict uitsluit — namelijk de liminale ruimte waarin rouw, erkenning, dialoog en de kostbare vrede opnieuw mogelijk kunnen worden.

 

_De actualiteit

In zijn opiniestuk in De Morgen schrijft Bart Eeckhout dat ‘Israël in Gaza een concentratiekamp gaat bouwen, maar nog altijd ziet de EU geen reden om zijn positie te herzien’. Daarmee verwijst hij naar de Israëlische plannen om een ‘humanitair kamp’ in Rafah op te richten voor honderdduizenden Gazanen, terwijl de internationale gemeenschap toekijkt of stil blijft.

 

Terwijl de humanitaire situatie in Gaza verder escaleert, heerst er binnen de internationale gemeenschap een opvallende verdeeldheid. De Europese Unie riep in maart 2024 op tot een ‘duurzame humanitaire wapenstilstand’, maar legde geen bindende maatregelen of sancties op. Frankrijk en Spanje veroordeelden publiekelijk het geweld, terwijl Duitsland en Oostenrijk het recht op zelfverdediging van Israël bleven beklemtonen. Binnen de Verenigde Naties strandde een resolutie tot staakt-het-vuren in april 2024 opnieuw op een veto van de Verenigde Staten. Amnesty International en Human Rights Watch hebben meermaals gewezen op het falen van internationale instellingen om het internationaal recht effectief af te dwingen.

 

In dat vacuüm groeit de perceptie van stilzwijgende normalisering: het geweld wordt erkend, maar niet tegengehouden. Daarmee wordt het risico reëel dat het onvoorstelbaar leed gedegradeerd wordt tot een diplomatieke status quo. Soortgelijke bezorgdheden worden internationaal gedeeld: The Guardian, Le Monde, The New York Times en Al Jazeera rapporteerden de voorbije weken over de verwoestende humanitaire situatie in Gaza en de stilzwijgende normalisering ervan in diplomatieke kringen.

 

De Israëlische regering kadert haar optreden in Gaza steevast als een noodzakelijk veiligheidsbeleid. Premier Netanyahu verklaarde op 11 mei 2024 dat ‘elke natie het absolute recht heeft zichzelf te verdedigen tegen een existentiële dreiging’ en dat ‘de strijd zal doorgaan tot de vijand is uitgeschakeld.’ Deze taalkeuze — waarin de tegenstander als existentiële vijand wordt benoemd en het geweld als onvermijdelijke noodzaak — creëert een moreel frame waarin alternatieven systematisch worden uitgesloten. Zoals meerdere analyses aantonen (o.a. van de Israëlische journalist Gideon Levy en het Israëlische mensenrechteninstituut B’Tselem), wordt hiermee een retoriek van noodzakelijkheid geconstrueerd die geen ruimte laat voor dialoog of reflectie. De toekomst wordt voorgesteld als het onvermijdelijke resultaat van het verleden: een gesloten historisch verloop waarin ethische verantwoordelijkheid wordt overschreven door militaire logica. Dit is een gruwelijke denkfout die ons naar Karl Popper leidt.

 

_Karl Poppers kritiek: gesloten historicisme

Karl Popper leverde in The Poverty of Historicism (1957) een vlijmscherpe kritiek op pogingen om geschiedenis te vatten met algemene wetmatigheden. Voor Popper is het wetenschappelijk onmogelijk om de toekomst te voorspellen op basis van patronen uit het verleden. Waarom? Eenvoudig omdat de groei van kennis onvoorspelbaar is.

 

De neiging om het verleden, het heden en de toekomst met elkaar te verbinden met wetmatigheden heet ‘historicisme’. Het historicisme is volgens Popper een ‘naturalistische drogredenering’: het projecteert een vermeend patroon uit het verleden op de toekomst en behandelt deze projectie alsof ze wetenschappelijk onderbouwd is. Wie beweert dat samenlevingen evolueren volgens vaste historische wetten, verwart natuur met cultuur. Maatschappelijke verandering is geen product van een biologische noodzaak, maar van menselijke keuzes en interpretaties — en dus fundamenteel open. Het historicisme faalt als voorspelling, maar ook wetenschappelijk-methodologisch. Historische beweringen zijn niet falsifieerbaar, ze worden geconstrueerd op basis van patronen die er niet zijn. Er is geen toetsbare causaliteit, enkel een ideologische en vooringenomen selectie van feiten.

 

Bovendien ziet Popper in deze historistische ‘theorieën’ een gevaarlijke neiging tot utopisch denken. Men gelooft dat de geschiedenis zich naar een eindpunt beweegt – het paradijs, het ware rijk, de zuivere staat. En als men dat eindpunt ‘kent’, dan is elke tegenstem overbodig en zelfs immoreel. Afwijkingen worden niet meer beschouwd als meningsverschillen, maar als meningen ‘tegen de geschiedenis’. Dat is de kiem van het totalitarisme.

 

Het inzicht van Popper sluit aan bij het werk van Ilya Prigogine, die in zijn onderzoek naar dissipatieve structuren aantoonde dat systemen — zowel fysisch als sociaal — evolueren door instabiliteit, keuzes en spontane reorganisatie. Waar de klassieke natuurkunde uitgaat van determinisme, introduceert Prigogine onomkeerbaarheid, probabiliteit en keuzemogelijkheid als kernbegrippen van systeemverandering. Ook sociale systemen — zoals organisaties, naties of culturen — kunnen enkel veranderen als ze blootstaan aan verstoring, communicatie en meervoudige interpretatie. Verandering ontstaat door onverwachte interacties tussen context, intentie en informatie. Filosofen en systeemdenkers zoals Isabelle Stengers en Niklas Luhmann hebben deze inzichten verder ontwikkeld naar mens en samenleving. Daarin wordt instabiliteit niet langer gezien als een bedreiging, maar als een voorwaarde voor transformatie. Luhmann spreekt bijvoorbeeld over Irritationen — verstoringen van het systeem die het dwingen zich opnieuw te configureren. Pas wanneer gevestigde routines en overtuigingen worden bevraagd door onverwachte input (bv. door kunst, protest, of een crisis), kan een systeem zichzelf opnieuw organiseren in interactie met zijn omgeving. Diversiteit en onzekerheid zijn in deze visie geen problemen die opgelost moeten worden, maar voorwaarden voor adaptief vermogen.

 

Popper pleit daarom voor piecemeal engineering: het idee dat we maatschappijen slechts kunnen verbeteren via kleine, toetsbare stappen. Niet via dogma’s of grote schema’s, maar door permanente, kritische herzieningen op basis van reële feedback in de concrete leefwereld van mensen. Dit idee staat haaks op systemen die het historisme verafgoden: zij sluiten het heden af voor reflectie. Piecemeal engineering impliceert een vorm van evolutie met openheid, waarin kleine beslissingen permanent getest worden op hun effecten in de werkelijkheid van de mensen.

 

_Circulaire Tijd en de systemische sluiting volgens Luhmann

In termen van tijdsstructuur leidt het historicisme tot een vorm van gesloten circulaire tijd: een herhaling van symbolisch geladen gebeurtenissen uit het verleden, die telkens opnieuw in het heden worden geactiveerd om toekomstige acties te legitimeren. Dit sluit nauw aan bij Luhmanns systeemtheorie, waarin sociale systemen niet ontstaan op basis van feiten of objectieve belangen, maar via zelfreferentiële communicatie. Elk systeem creëert zijn eigen werkelijkheid door steeds opnieuw te beslissen wat ‘zinvol’, ‘waar’ of ‘noodzakelijk’ is — en doet dat op basis van zijn vorige communicatie.

 

Wanneer een historistisch discours dominant wordt, reproduceert het zichzelf via deze communicatie: telkens opnieuw wordt dezelfde boodschap herhaald – en zal de geschiedenis zichzelf herhalen.  Er ontstaat een gesloten circulaire tijd, waarin het systeem zijn eigen keuzes legitimeert via een eigenhandig geconstrueerd verleden. Daarbij wordt de lineaire tijd – het vermogen om nieuwe onderscheiden, reflecties, her-configuraties van de narratieven te maken en open te handelen uitgesloten.

 

Deze analyse sluit aan bij recente pogingen om Luhmanns werk te verbinden met conflict- en vredestheorie, onder meer door auteurs als Rudolf Stichweh en Elena Esposito. Zij benadrukken dat systemen pas veranderen wanneer ze niet enkel méér informatie ontvangen, maar wanneer ze die ook als relevante verstoring erkennen. In het geval van Israël en Hamas gebeurt dat zelden: elk systeem ziet de communicatie van de ander als bedreiging, niet als bijdrage.

 

Binnen het Israëlisch-Palestijns conflict betekent dit dat beide kampen discursieve systemen zijn geworden die hun eigen symbolen, slachtofferschappen en rechtvaardigingen voortdurend recycleren. In deze structuur ontstaat geen nieuwe betekenis; de narratieven zijn hermetisch gesloten en zichzelf herhalend. Er is amper ruimte voor irritaties (externe prikkels die tot herziening leiden), omdat deze ofwel afgeweerd worden (de-legitimering van vredesstemmen), ofwel ingekapseld binnen het bestaande schema (de andere is een eeuwige vijand). De tijd sluit zich niet in een open toekomst, maar circulair rond een geïdealiseerd verleden.

 

Het resultaat is chaos en de uiteindelijk destructie omdat men de verbinding met de werkelijkheid verliest – er is geen feedback meer mogelijk. De oorlog tussen Israël en Palestina is hiervan een schrijnend voorbeeld: beide zijden verwijzen naar hun historische trauma’s en historische rechten, waardoor het conflict in twee afzonderlijke communicatiepatronen wordt gevangen. De toekomst is niet open, maar al lang vooraf bepaald.

 

_Het revisionistisch zionisme en het Palestijns trauma als historische sluiting

De ideologische wortels van het revisionistisch zionisme, ontwikkeld door Vladimir Ze’ev Jabotinsky (1880-1940), bouwen op een militaristische en gesloten interpretatie van de Joodse geschiedenis. Volgens Jabotinsky was enkel een ‘ijzeren muur’ van Joodse macht voldoende om de Arabische wereld tot aanvaarding van een Joodse staat te dwingen. Deze visie impliceert een gesloten historisch narratief waarin geweld onvermijdelijk is. De huidige Likoedpartij van Benjamin Netanyahu, voortgekomen uit Jabotinsky’s erfgoed, reproduceert dit denken in een beleid dat liminaliteit uitsluit en gruwel historisch rechtvaardigt. De circulaire tijd sluit zich, telkens opnieuw wordt het recht op land, veiligheid en vernietiging gelegitimeerd via een historisch narratief. Het tegenspreken van dit narratief – en dus ook de vrede – wordt geweerd.

 

Ook Hamas sluit zich, zij het vanuit een tegengesteld narratief, de circulaire tijd. In het oorspronkelijke Hamas-charter van 1988 worden de verdrijving van de Palestijnen in 1948 (de Nakba) en de islamitische plicht tot de vernietiging van Israël voorgesteld als theologisch verankerde historische noodzakelijkheid. In de herziene versie van 2017 wordt weliswaar een verzachtend onderscheid gemaakt tussen Zionisten en Joden, maar het uitgangspunt blijft dat bevrijding van Palestina ‘een historische en religieuze verplichting’ is. In officiële toespraken van Hamas-leiders — zoals Yahya Sinwar in december 2023 — wordt het verleden structureel verbonden met een narratief van geweld dat de toekomst van het Palestijnse volk enkel via strijd mogelijk maakt. Deze historische projectie sluit het heden af voor transformatie: wie oproept tot onderhandelingen of samenwerking met Israël wordt gewantrouwd of geneutraliseerd, zoals herhaaldelijk werd vastgesteld door mensenrechtenorganisaties zoals Al Mezan en Amnesty International. Net zoals bij het revisionistisch zionisme ontbreekt hier de lineaire tijd, er is geen openheid tot tegenspraak of opnieuw beginnen, enkel een herhaling van de mythische geschiedenis en de komst van een fatale toekomst.

 

_Het historicisme laat Hamas, Israël en de internationale gemeenschap de morele absurditeit creëren.

In een gesloten tijdsstructuur verliezen morele oordelen hun empirische basis en worden zij ondergeschikt aan historische lotsbestemmingen. Israël, Hamas en ook de internationale gemeenschap bewegen zich in zulke cirkels: iedere partij bevestigt zijn eigen narratief van slachtofferschap, verzet of verantwoordelijkheid, waarbij de toekomst niet open blijft maar herleid wordt tot een herhaling van het verleden. Zo ontstaat een situatie waarin morele absurditeit niet de uitzondering is, maar het systeem zelf. Een korte duiding.

 

De Shoah — het onvoorstelbare geweld van de industriële vernietiging van zes miljoen Joden — behoort tot het morele fundament van de naoorlogse wereldorde. In de Israëlische politieke cultuur wordt dit trauma begrijpelijkerwijs levend gehouden als een herinnering en als een existentiële waarschuwing. Tegelijk wijzen kritische stemmen, zowel binnen als buiten Israël, erop dat dit verleden soms discursief wordt ingezet als morele afweer tegen externe kritiek. De Israëlische journalist Gideon Levy schrijft in 2024 dat elke internationale veroordeling wordt ontvangen als ‘een aanval op het bestaansrecht van de Joodse staat’, en dat ‘de Holocaust vaak wordt ingezet om politieke uitzonderingsposities te rechtvaardigen’. Ook de historica Idith Zertal wees al in haar boek Nation und Tod: der Holocaust in der israelischen Öffentlichkeit (2003) op de manier waarop de Shoah een quasi-heilige plek kreeg in het nationale zelfbeeld, met als risico dat de ethische verantwoordelijkheid tegenover anderen erdoor wordt uitgesteld of ontweken. In sommige officiële communicatie — bijvoorbeeld bij het verdedigen van militaire acties — wordt de herinnering aan vervolging niet alleen gebruikt om bestaansrecht te onderbouwen, maar ook om politieke immuniteit te claimen. Dit ethisch spanningsveld verdient erkenning: het Joodse collectieve trauma vraagt empathie, maar kan geen ongenaakbaarheid garanderen.

 

Terwijl de symboliek van ‘nooit meer’ jaarlijks wordt herhaald in internationale herdenkingen van de Holocaust en andere genocides, ontbreekt vaak de bereidheid om deze belofte concreet gestalte te geven wanneer nieuwe crisissituaties zich voordoen. In het geval van Gaza blijft het optreden van de internationale gemeenschap grotendeels beperkt tot diplomatieke verklaringen en niet-bindende oproepen. De VN-Veiligheidsraad blijft verdeeld, met terugkerende veto’s van permanente leden zoals de VS. De Europese Unie is intern verdeeld: sommige lidstaten vragen om sancties, anderen houden vast aan hun historische verbondenheid met Israël. In die impasse dreigt ‘nooit meer’ een retorische formule te worden zonder institutionele consequenties. Ondertussen documenteren VN-organisaties en mensenrechtenorganisaties systematisch grove schendingen van het internationaal humanitair recht — waaronder gedwongen verplaatsingen, afsluiting van basisvoorzieningen en het inzetten van collectieve eliminatie en bestraffing. Deze praktijken roepen, volgens o.a. rapporten van Human Rights Watch en het VN-Hoog Commissariaat voor de Mensenrechten, ernstige vragen op over mogelijke vormen van etnische zuivering, zelfs al blijft die precieze term juridisch omstreden. Steeds vaker klinken waarschuwingen dat de huidige gebeurtenissen in Gaza elementen vertonen van wat het internationaal recht definieert als een etnische zuivering: het opzettelijk verplaatsen of verdrijven van een bevolkingsgroep uit een bepaald gebied, met het oog op structurele demografische verandering. Volgens de United Nations Commission of Experts on the Former Yugoslavia (1993) gaat het om ‘rendering an area ethnically homogeneous by using force or intimidation to remove from a given area persons of another ethnic or religious group’.

 

Mensenrechtenorganisaties zoals Amnesty International en B’Tselem hebben in recente rapporten (2023–2024) gewezen op systematische uithongering, gedwongen verplaatsingen en bombardementen op burgerdoelen als mogelijke indicatoren van deze praktijk. Hoewel het internationale juridische oordeel hierover nog niet definitief is, is het ethisch noodzakelijk om deze mogelijkheid ernstig te nemen — juist omdat afwachten het risico op normalisering vergroot. De waarschuwing van Popper is vandaag schrijnend en onomstotelijk actueel: maatschappelijke complexiteit laat zich niet vatten in historische wetten.

 

_Weg uit de val van het historicisme: zes ethische richtingwijzers voor open tijd en moreel handelen

De mens is een betekenis zoekend wezen — geneigd tot het herkennen van patronen, zelfs waar geen wetmatigheden bestaan. Die neiging voedt het historicisme: de overtuiging dat de geschiedenis een noodzakelijk verloop kent, een gesloten script dat zich onvermijdelijk voltrekt. Maar wie in onomkeerbaarheid gelooft, handelt niet meer. Wie de toekomst als noodlot ziet, ziet in het heden enkel herhaling. Zo ondermijnt historicisme niet alleen onze kennis van de wereld, maar ook ons vermogen tot moreel handelen.

Karl Popper toonde aan dat in complexe samenlevingen de toekomst fundamenteel open is. We kunnen haar niet voorspellen op basis van vermeende historische wetten. Juist daarom moeten we haar open houden: door te weigeren in fatalistische schema’s te denken, en door in het hier-en-nu ruimte te maken voor verantwoordelijkheid, creativiteit en ethische reflectie. Dat is geen pleidooi voor utopische blauwdrukken, maar voor een ethiek die mogelijkheden opent — situationeel, dialogisch en creatief. Een ethiek die het handelen oriënteert zonder het te dicteren.

Deze benadering sluit aan bij Popper (piecemeal engineering), Prigogine (creatieve instabiliteit) en Luhmann (irritatie en adaptatie), maar wortelt evenzeer in een concrete intuïtie: dat samenlevingen in crisis geen systeemlogica nodig hebben, maar morele navigatie. Daarom bieden we geen doctrine, maar zes richtingaanwijzers die helpen om de tijd open te houden:

  1. Houd de toekomst open.
    Behandel het verleden niet als noodlot. De toekomst is geen voortzetting, maar een ruimte voor keuze en vernieuwing. (Popper en de open samenleving)
  2. Gebruik inspiratie, geen ideologie.
    Grote verhalen mogen inspireren, maar zodra ze dwingen, onderdrukken ze reflectie en creativiteit. (Prigogine en het uit evenwicht gaan als bron van evolutie)
  3. Waak voor historische projectie.
    Het verleden biedt betekenis, geen model. Projectie herhaalt, maar verhindert vernieuwing. (Luhmann en de systemische operaties als selectieve herhaling)
  4. Verwar patroon niet met plicht.
    Dat iets gebeurt, betekent niet dat het moet gebeuren. Wat is, is niet noodzakelijk wat zou moeten zijn. (Hume’s ‘is-ought fallacy’, tegen naturalistische misvattingen van de norm)
  5. Verander lokaal, met mensen.
    Duurzame transformatie ontstaat van onderop, in samenwerking en kleine stappen. (Popper en piecemeal engineering)
  6. Activeer het ethisch vermogen.
    Niet alleen herdenken, maar handelen. Ondersteun morele verbeelding, erkenning en collectieve reflectie. (Luhmann en communicatie als adaptatie)

Deze stelregels bieden geen zekerheid, maar wel richting. Ze vormen een uitnodiging tot morele alertheid in een tijd die dreigt dicht te slaan. Tegenover fatalistische herhaling stellen ze de mogelijkheid van een open tijd — een tijd waarin handelen ertoe doet.

 

_Glossarium – Kernbegrippen bij dit essay

Historicisme
De overtuiging dat de geschiedenis zich ontwikkelt volgens vaste wetmatigheden of een noodzakelijk verloop. Volgens Karl Popper is dit een gevaarlijke denkfout: het verleden wordt tot toekomst verheven, waardoor menselijke vrijheid, ethiek en verantwoordelijkheid verdwijnen.

Gesloten tijd / circulaire tijd
Een tijdsstructuur die aan basis ligt van de zelforganisatie van sociale systemen via de herhaling van communicatieve operaties die informatie selecteren en niet-selecteren.

Liminaliteit
Een overgangstoestand waarin oude structuren tijdelijk losgelaten worden en nieuwe nog niet zijn gevormd. In deze tussentijd wordt verandering mogelijk. In het essay verwijst het naar kwetsbaarheid én potentie, waarin dialoog en transformatie het sociaal systeem kunnen her-configureren.

Piecemeal engineering
Term van Karl Popper voor een methode van maatschappelijke verandering die vertrekt vanuit kleine, toetsbare stappen in plaats van utopische schema’s. Verandering gebeurt in interactie met de concrete leefwereld, niet via grote ideologische systemen.

Irritatie (volgens Luhmann)
Een informationele verstoring van een systeem. Zulke ‘irritaties’ kunnen een gesloten systeem aanzetten tot her-configuratie of verandering.

Revisionistisch zionisme
Een nationalistische stroming binnen het zionisme, ontwikkeld door Ze’ev Jabotinsky, die nadruk legt op macht, militaire noodzaak en niet-onderhandelbare rechten op land. Het historisch narratief wordt gebruikt om geweld te legitimeren.

Epistemologische sluiting
Het proces waarbij een systeem zichzelf zodanig definieert dat alternatieve kennis, perspectieven of waarheden worden uitgesloten. Dit leidt tot ideologische zelfbevestiging en verhindert open reflectie of leren.

Ethiek van open tijd
Een benadering die de toekomst ziet als onbepaald en fundamenteel open. Deze ethiek verzet zich tegen fatalisme en vraagt om verantwoordelijkheid, creativiteit en moreel handelen in het hier-en-nu.

_Bibliografie

Al Jazeera. (2025, 19 juli 2025). Israel presses ahead with Gaza ‘concentration camp’ plans despite criticism. https://www.aljazeera.com/news/2025/7/16/israel-presses-ahead-gaza-concentration-camp-plans-despite-criticism

Amnesty International. (2025). Israel’s apartheid against Palestinians. https://www.amnesty.org/en/latest/campaigns/2022/02/israels-system-of-apartheid/ (geraadpleegd op 19 juli 2025).

Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers. (2025, 15 mei). Voorstel tot resolutie over de huidige situatie in Gaza, op de Westelijke Jordaanoever en in Oost-Jeruzalem en over de hervatting van het Israëlisch-Palestijnse vredesproces. https://www.dekamer.be/FLWB/PDF/56/0859/56K0859001.pdf

B’Tselem. (2024). Apartheid. https://www.btselem.org/topic/apartheid

Consilium van de Europese Unie. (2024, 26 juni). European Council conclusions on the Middle East (2023–2024). https://www.consilium.europa.eu/nl/press/press-releases/2025/06/26/european-council-conclusions-on-the-middle-east/

Eeckhout, B. (2024, 6 juli). Waarom Europa zwijgt over Gaza. De Morgen. https://www.demorgen.be/meningen/israel-gaat-in-gaza-een-concentratiekamp-bouwen-maar-nog-altijd-ziet-de-eu-geen-reden-om-zijn-positie-te-herzien~b7ab4c2b/

Farrell, S., & Nakhoul, S. (2023, 6 december). Hamas leader Sinwar plotted Israel’s most deadly day in plain sight. Reuters. https://www.reuters.com/world/middle-east/hiding-plain-sight-hamas-leader-sinwar-plotted-destruction-2023-12-01/

Hamas. (1988, 18 augustus). Charter of the Islamic Resistance Movement. https://irp.fas.org/world/para/docs/880818.htm

Hamas. (2017, 1 mei). Document of general principles and policies. https://palestina-komitee.nl/wp-content/uploads/2017/11/HAMAS-A-Document-of-General-Principles-and-Policies-May-1-2017.pdf

Human Rights Watch. (2024, 14 november). Hopeless, starving, and besieged: Gaza under blockade. https://www.hrw.org/report/2024/11/14

Jabotinsky, Z. (1923). The iron wall. Rassvet.

Luhmann, N. (1984). Soziale Systeme: Grundriß einer allgemeinen Theorie. Suhrkamp.

Netanyahu, B. (2024, 2 september). Persconferentie [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=1AvCqkLpanE

Office of the United Nations High Commissioner for Human Rights (OHCHR). (2024, 16 juni). Global update of the High Commissioner at the 59th session of the Human Rights Council. https://www.ohchr.org/sites/default/files/2025-06/16-june-hc-global-update-hrc59-trilingual.pdf

Popper, K. (1945). The open society and its enemies. Routledge.

Popper, K. (1957). The poverty of historicism. Routledge.

Prigogine, I. (1997). The end of certainty: Time, chaos, and the new laws of nature. Free Press.

Prigogine, I., & Stengers, I. (1984). Order out of chaos: Man's new dialogue with nature. Bantam. https://archive.org

Sinwar, Y. (2024, 21 oktober). Yahya Sinwar’s final interview [Video]. YouTube. https://www.youtube.com/watch?v=LvqA2c81ly0

Zertal, I. (2003). Nation und Tod: Der Holocaust in der israelischen Öffentlichkeit. Suhrkamp.

 

Reactie plaatsen

Reacties

Er zijn geen reacties geplaatst.